Houtstook: strafrecht van toepassing?

“De pijp van buurmans tuinkacheltje is nog geen vijf meter verwijderd van de slaapkamer waar ons kind van 1 slaapt. Als hij stookt, moet ons kind vreselijk hoesten. Als ik de buurman erop aanspreek, wordt hij boos. Hij zegt dat hij nooit eerder klachten kreeg en rustig doorgaat met stoken.” Zijn dit soort situaties niet aan te pakken via het Strafrecht? Stichting Luchtfonds publiceerde hierover eerder dit onderstaande artikel.
Meldingen zoals in de inleiding van dit artikel: Stichting Luchtfonds krijgt er vele van. Vaak komen ze binnen via ons meldpunt. Soms worden we gebeld door een radeloze gedupeerde, zoals de moeder van dit kind. Kern van het verhaal is altijd: veel buren die overlast veroorzaken geven geen sjoege. Terwijl deze buurman, als hij zich even verdiept in de materie of zich even verplaatst in de schoenen van de moeder, zich moet kunnen voorstellen hoe overlastgevend en schadelijk houtrook kan zijn cq meestal is.
Juridische praktijk
Gemeenten bieden zelden een oplossing, tijdrovende buurtbemiddeling doet dit evenmin. Overheden claimen dat mediation in een grote meerderheid van de gevallen succesvol wordt afgesloten. De werkelijkheid is vaak deze: het dossier wordt, zoals gesteld wordt, succesvol afgerond, maar het probleem an sich niet. Dat blijft meestal bestaan.
Daarnaast ontmoedigen gemeenten inwoners om een verzoek tot handhaving in te dienen. De gemeente is dan namelijk verplicht actie te ondernemen: dat kost de lokale overheid veel ambtelijke tijd en dus geld. Niet zelden leidt een poging tot handhaving bovendien tot een rechtzaak. Gemeenten die namens gedupeerden handhaven, krijgen van (bestuurs)rechters 9 van de 10 keren het deksel op de neus, officieel primair als gevolg van ontoereikende landelijke wetgeving.
De stoker mag zijn gang blijven gaan; de gedupeerde blijft gedupeerd; gemeenten zitten met hoge kosten die nergens verhaald kunnen worden.
De weerzin om te handhaven groeit bij gemeenten verder.
Wetboek van Strafrecht?
Het wachten is, lijkt het, op de eerste advocaat die namens een stookgedupeerde een beroep doet op het strafrecht. De buurman die kennis draagt dat hij een kinderkamer ernstig vervuilt, maar willens en wetens blijft doorstoken onder het slaapkamerraam; kan hier het Wetboek van Strafrecht van toepassing zijn?
Er is royaal voldoende data beschikbaar over de schadelijkheid van houtrook. Het meest complete rapport op dit gebied is misschien wel “The Harmful Effects of Wood Smoke and the Growth of Recreational Wood Burning” uit 2018. Wetenschappers bundelden in dit rapport zo’n beetje alle vormen van gezondheidsschade door houtrook; je schrikt je de pleuris als je het leest.
De buurman in het voorbeeld kan, als hij enige moeite doet, volop kennis nemen van de effecten van zijn handelen; stoken in de tuin met buren vlak naast zich. Hij kan bovendien kennis nemen van Nederlands onderzoek (Motivaction/Milieu Centraal) waaruit blijkt dat ongeveer een miljoen Nederlanders zeggen dat zij “kampen met ernstige gezondheidsklachten als direct gevolg van houtstook in de buurt”. In het onderhavige geval: een pijp die uitmondt onder het raam van een kinderkamer; de buurman in kwestie moet op basis van gezond verstand kúnnen verzinnen dat dit geen wenselijke situatie is.
Daarnaast zijn er wetenschappelijke taxaties dat in ons land elk jaar minimaal 900 tot 2700 mensen overlijden aan de gevolgen van gezondheidsschade door houtstook. Op grond van buitenlandse cijfers, kun je met een gerust hart stellen dat deze taxatie aan de lage kant is.
Bewijsbare oorzaak en gevolg
In de wet (Bouwbesluit) staat nu reeds dat stokers geen overlast voor hun omgeving mogen veroorzaken. Hoewel het begrip ‘overlast’ door de wetgever niet genormeerd is, kán overlast via allerlei bewijsmateriaal (meetapparatuur, video’s, foto’s, dossiers) voor een rechtbank worden aangetoond.
Een stuk lastiger is natuurlijk: onomstotelijk bewijs leveren dat gezondheidsschade, een ziekte of (vroegtijdig) overlijden is te herleiden tot één bepaalde stoker die juridisch wordt aangesproken. Het zal een lange adem vergen om voor overtuigende bewijslast een modus te vinden. Dat het wel kàn, is in het verleden aangetoond met juridische procedures rond asbest en algehele luchtvervuiling in ons land (Urgenda).
Wetsartikel
In een adviesrapport van STAB, opgesteld door gerechtelijke omgevingsdeskundigen om rechters meer handvaten te geven bij overlastzaken rond houtstook, komt het strafrecht niet voor.
Toch vraag je je af: kan het Wetboek van Strafrecht, artikel 302 in het Tweede Boek (Misdrijven) van toepassing zijn op de buurman die willens en wetens en zó direct aantoonbaar een kinderkamer intensief blijft vervuilen met vele tientallen sterk giftige stoffen?
De tekst van het artikel luidt als volgt:
“1 – Hij die aan een ander opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toebrengt, wordt, als schuldig aan zware mishandeling, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren of geldboete van de vijfde categorie.
2 – Indien het feit de dood ten gevolge heeft, wordt de schuldige gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste tien jaren of geldboete van de vijfde categorie.”
Reageren? Stuur jouw reactie naar info@luchtfonds.nl
Wilt u overlast melden?
Ja, ik heb last van houtstook en wil dat melden bij het Luchtfonds. Vul de onderstaande gegevens in. Klik op verzenden om de melding naar het Luchtfonds te sturen.