SER kritisch over de mega-houtkachels

De Sociaal-Economische Raad (SER) was, net als de samenleving, verdeeld over sommige standpunten. Maar in juli kopten de kranten toch dit adviesorgaan het kabinet aanraadt te stoppen met het halen van elektriciteit en warmte uit de verbranding van biomassa in mega-houtkachels.
Het Luchtfonds checkte het SER-rapport “Biomassa in Balans” op de aspecten houtstook en gezondheid.
Zorg terecht
Een citaat uit het rapport: “De SER deelt de zorgen van bewoners dat een verdere toename van de verbranding van hout kan leiden tot meer emissie en daarmee mogelijk tot lokaal hogere concentraties van schadelijke stoffen.” Bovendien stelt de SER vast dat, als het gaat om de vermindering van koolstof in de atmosfeer, niet alle biogrondstoffen verbrand moeten worden, maar hergebruik doelmatiger kan zijn.
Houtbouw
De SER acht het bijvoorbeeld raadzamer hout voor houtskeletbouw te gebruiken dan voor verbranding. “Het zo lang mogelijk vastleggen van koolstof en het vermijden van fossiele koolstofbronnen leveren belangrijke voordelen op voor een CO2-neutrale en circulaire economie,” aldus de SER. Niet verbranden dus, dat hout, want gebruik in de bouw is waardevoller en doelmatiger.
Circulair?
Voorstanders van de verbranding van (rest)hout wijzen erop dat sprake is van een circulair proces: houtverbranding brengt CO2 in de atmosfeer, houtbossen nemen dat weer op, enzovoorts. Volgens critici is dit een kort-door-de-bochtsprookje.
Langzame groei
De SER stelt in het rapport: “Bij directe verbranding van hout uit beheerde bossen komt CO2 in de atmosfeer die pas over langere periode (jaren tot decennia) weer volledig wordt vastgelegd door nieuwe aangroei. Deze periode is verschillend voor verschillende houtsoorten en nevenstromen. Er is dan sprake van een uitgestelde klimaatwinst, vaak aangeduid als koolstofschuld.”
De adviesraad vraagt zich daarbij af of houtverbranding wel het meest doelmatige gebruik is van (rest)hout. Hout kan in de bouw immers staal en beton vervangen; de kans is groot dat de bijdrage aan koolstofreductie dan positiever uitvalt dan bij verbranding in mega-houtkachels. Aldus de SER.
Kachels en haarden
Verbranding van biomassa, inclusief hout, geeft ontegenzeggelijk meer uitstoot dan gasgestookte installaties. Het SER-rapport stelt echter dat moderne kachels voor biomassa en pellets beter scoren dan traditionele houtkachels en open haarden.
“Biogrondstoffen worden op dit moment ingezet als brandstof voor lage temperatuurwarmte in de gebouwde omgeving. De schaal varieert van open haarden en pelletkachels in individuele huishoudens tot grotere biomassaketels in bedrijven en instellingen. Hier vervangen biogrondstoffen vooral CV-ketels die met aardgas worden gestookt. Het zijn vooral de vrijstaande kachels, inzethaarden en open haarden die een negatief effect hebben op de luchtkwaliteit.”
Ultrafijne stofjes
Overigens zegt het SER-rapport niets over de ultrafijne kleinstoffen. Ze leveren extra gevaar op voor de gezondheid, omdat ze via de bloedbanen diep kunnen doordringen in het lichaam. Deze extreem kleine fijnstof komt juist vrij bij nieuwe generaties verbrandingsinstallaties.
Vernietiging bossen
Waarover de deskundigen het doorgaans eens zijn, is dit: indien de productie van houtige biomassa leidt tot vernietiging/degradatie van natuurlijk bos, is dit zeer onwenselijk. Niet alle door SER geraadpleegde deskundigen zijn het er echter over eens dat dit ook daadwerkelijk (op grote schaal) gebeurt.
Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) schreef hierover: “Hoewel het wereldwijde bosareaal sinds 1990 slechts beperkt is afgenomen, is ontbossing in verschillende wereldregio’s en in sommige Europese landen zoals Roemenië een serieus probleem. Een belangrijke opgave is vast te stellen hoe bossen beter beheerd en beschermd kunnen worden en bosbouw samen kan gaan met meerdere functies.”
Daarnaast worden vraagtekens gezet bij de werkwijze van (een deel van) de bedrijven die houtpellets produceren voor mega-houtkachels en particuliere pelletkachels. PBL gaf eerder als advies: “De beweringen over misstanden in de houtpellets productie moeten serieus genomen worden en beter worden onderzocht door een onafhankelijke partij.”
Gezondheid
Over gezondheid en welbevinden, schrijft de SER: “De inzet van biogrondstoffen kan effect hebben op de luchtkwaliteit en daarmee gezondheidseffecten veroorzaken. Dit is vooral een aandachtspunt bij het verbranden van vaste biogrondstoffen voor warmteopwekking in de gebouwde omgeving.” In de afwegingen wel/geen biomassa- en houtverbranding, moeten gezondheidsschade en een slechtere leefomgeving wat de SER betreft nadrukkelijk betrokken worden.
De SER wijst verder op de (mogelijk) negatieve maatschappelijke effecten van verbranding van hout en andere biomassa. “Een circulaire economie is geen doel op zich, maar een middel om aan de achterliggende criteria te voldoen, waaronder CO2-reductie, een schone en gezonde leefomgeving en sociaal-economische vooruitgang.”
Verder: “Het sociaal-economisch beleid moet zich niet alleen richten op materiële vooruitgang, maar ook op sociale samenhang, een gezonde leefomgeving, goede arbeidsomstandigheden en arbeidsvoorwaarden en een goede milieukwaliteit; zowel nu als later, maar ook hier en elders.”
Sociale samenhang
In reactie hierop, wijst Stichting Luchtfonds erop dat het aantal klachten over houtstook, zowel binnen als in toenemende mate buiten, steeds verder toeneemt. Klagers melden niet alleen dat sprake is van aantasting van een gezonde leefomgeving, maar dat de overlast vaak ook leidt tot burenruzies en dus een afkalving van de sociale samenhang in straten en buurten.
Bovendien bereiken het Luchtfonds niet alleen berichten over (soms ernstige) lichamelijke klachten door houtstook, maar ook veel meldingen betreffen de aantasting van het welbevinden in de eigen woonomgeving. Daarnaast is als gevolg van stress door houtstook volop sprake van psychische klachten.
Hier vind je het SER-rapport Biomassa in Balans.
Wilt u overlast melden?
Ja, ik heb last van houtstook en wil dat melden bij het Luchtfonds. Vul de onderstaande gegevens in. Klik op verzenden om de melding naar het Luchtfonds te sturen.